De behandeling van historisch textiel houdt vaak het midden tussen conservering en restauratie. Het herstel van de oorspronkelijke staat is een onhaalbaar doel. Want het ongedaan maken van verval is onmogelijk, zonder delen van het object te offeren. Zou je bijvoorbeeld borduursel van een vergaan fluweel afhalen en op een nieuwe ondergrond zetten, dan is de waarde van het oorspronkelijke object zo goed als verloren. Andersom zal een restaurator ook niet snel vergane borduurgarens op een nog goede ondergrond bijborduren. Daar veroorzaak je niet alleen schade mee aan de garens die nog over zijn, ook ziet de combinatie van oude en nieuwe garens er zelden goed uit. Direct is te zien dat er aan zo’n object ‘gerommeld’ is.
Een textielrestaurator zal eerder zoeken naar technieken die een optisch geheel van het voorwerp maken, zodat schade niet meer in het oog springt. Daarbij wordt vaak gebruik gemaakt van camouflerende technieken.
Voorafgaand aan elke behandeling wordt een plan opgesteld, voorzien van een kostenraming. Elke uitgevoerde behandeling wordt vastgelegd in een een verslag.